Een nieuwe bestemming geven aan de as van een bestaande urne

Verplaatsen van de as van een dierbare geliefde, van een bestaande naar een nieuwe urn

In de wervelstorm waarin je na een overlijden terechtkomt – zeker als dat onverwacht is – wil je niet ver moeten zoeken naar keuzemogelijkheden. En zo kan het gebeuren dat je pas later beseft dat je toch niet de urne hebt gekozen die je troost biedt of die past bij de overledene.
Stijlvolle, smaakvolle urnen kunnen een verzachtende rol spelen in het rouwproces en helpen om een geliefde in rust & schoonheid te herdenken. Een mooi vormgegeven urn is meer dan een object, het is een troostende herinnering aan een geliefd persoon.

Sommige mensen kiezen er dan ook voor om een nieuwe urne te zoeken om de bestaande te vervangen, en de as van de dierbare geliefde een nieuwe, mooie bestemming te geven.

Zo ook koos Karolien – medeoprichtster van Artemis urnen – om bijna 10 jaar na het plotse overlijden van haar mama, op zoek te gaan naar een nieuwe urne en de as te verplaatsen. Hieronder lees je haar verhaal.

Een nieuwe urn voor mijn geliefde mama

10 jaar is het geleden. 10 jaar na de schokgolf van een acuut hartfalen die mijn mama (toen 59 jaar) wegvaagde van de wereld. Hier was ik helemaal niet op voorbereid. Niemand trouwens. Mijn vader niet en ook mijn gezin niet. Dit was te vroeg. Veel te vroeg.

Het grootste deel van die tijd bleef mijn deel van haar as veilig opgeborgen in een urne, geplaatst in de “kast-met-de-leeuwenkopjes”. Dat is een bijzonder kastje dat ik van thuis meegekregen had na ons huwelijk, en waar de poten aan de voorkant kunstig in hout gegraveerde leeuwenkoppen voorstellen. Het leek mij ook beter om niet elke dag in een onbewaakt moment geconfronteerd te worden met de urne, en het gevoel zou wel slijten zo.

Die eerste urne was niet weldoordacht gekozen, maar halfslachtig, in een roes van aanzwellende rouw en in stilzwijgen, aangeduid in een vitrinekast bij de begrafenisondernemer. Elke keer ik deze urne dan zag staan op het schapje in onze kast, omsingeld door de doos met “wenskaartjes voor alle gelegenheden”, het rieten naaimandje en de zak met restjes wol, wist ik dat dit een situatie was die niet klopte.

Pas later besefte ik dat het de urne zelf was die niet klopte. Ze bood mij geen troost en ze was niet wat mijn mama zelf zou gekozen hebben. Dat voelde ik gewoon heel sterk aan.

In de loop van vorig jaar was het er dan, plots, het kantelmoment dat signaleerde dat de wonde van het verdriet voldoende klein was geworden, en opening liet om op zoek te gaan naar een andere urne. Weldoordacht. Eentje die troost en tegelijk hoop uitademde. Eentje die met liefde handgemaakt was en de juiste schakering van natuurlijke materialen had. Eentje die niet onmiddellijk zei “ik ben een urne, zie mijn verdriet”. Eentje met stijl. Eentje die tegelijk discreet was, en waar niet angstig van zou weggekeken worden.

Deze nieuwe urne heeft nu een plaatsje in onze living. Soms met mama’s fotokader ernaast, soms met kaarsjes, en zoals nu, bij de verjaardag, naast een vaasje met een enkele takjes wilgenkatjes die mijn man geplukt heeft. Een veel warmere omringing dan in de kast-met-de-leeuwenkopjes dus.

10 jaar is er over gegaan, maar dat was de tijd nodig om een mooie kentering en de aanvaarding toe te laten.